In de zomer ben ik er een maandje tussenuit geweest, vakantie.
Afstand nemen van mijn werk lukt mij best aardig.
Maar sportsuccessen negeren is voor mij onmogelijk, dat werkt op mij als een magneet. 

Vorig jaar (2021) was dat TeamNL op de Olympische Spelen, dit jaar (2022) de prestatie van het team van Jumbo Visma tijdens de Tour de France. Ik ben gaan kijken, luisteren en lezen. Wat een Action Learning Team is dat zeg! Een mooie bijkomstigheid is dat de omgeving al bepaald heeft dat het team bestaat uit 8 renners, het ideale aantal voor een team, dat is in elk geval stap 1. 

 

 Action Learning = P + Q + R

 

Ik heb hier 7 blogs over geschreven. In elk blogje heb ik aandacht gegeven aan: (P) geprogrammeerde kennis (R) reflectie en (Q) vragen. Deze blogs heb ik samengevoegd in dit artikel. Veel leesplezier!

Wat zijn de elementen die volgens Jumbo Visma hebben bijdragen aan het resultaat?

  1. Je moet een visie hebben en daar gezamenlijk voor gaan;
  2. De leiding van de ploeg heeft goed en eerlijk gereflecteerd;
  3. Je moet leren van verlies;
  4. Je moet leren van wat goed gaat;
  5. Niet zomaar iets aannemen;
  6. Niet wachten op de Nederlander die in hun team de tour wint;
  7. Gebruik de wetenschap.

In de blogs ben ik bij de 7 afzonderlijke elementen wat dieper ingegaan op de overeenkomsten met action learning. Voor mij als teamcoach heel interessant.

Wanneer is het voor jou interessant
om naar een team
als Jumbo Visma te kijken?

1. Jumbo Visma heeft een visie die draait om individuele prestaties en samenwerking als team!

Visie is het eerste element van zeven dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

Je kunt als je een gele trui wil winnen of wat voor resultaat dan ook wilt halen, je het beste richten op het verbeteren van je eigen prestaties: elke dag een beetje beter worden. Een visie die velen omarmen, in de sport gaat dit het ene team beter af, dan het andere team. In organisaties is het hier vaak minder mee gesteld. Het ontbreekt vaak aan geduld hiervoor, is mijn ervaring.

Als ik een team coach in een action learning pitstop, dan is dat niet zo moeilijk omdat we buiten de praktijk werken. Dat is dus geen wedstrijd spelen maar dat is gewoon trainen. Maar daar begint het wel, simpel door in het begin van de sessie iedereen te laten antwoorden op de vraag: aan welke skill ga jij vandaag extra werken? En antwoorden op de vraag: wat willen we als team leren?

In de dagelijkse praktijk wordt het echter een stuk lastiger, het team is minder met de prestatie bezig en meer met het resultaat. En dat terwijl iedereen in het team weet dat als je je prestaties elke dag verbetert, je het beste uit jezelf haalt. En dat is dus maximaal resultaat. Maar ja, bij het ene team krijgt de coach meer tijd en mag hij meer falen dan bij het andere team. Kijk maar eens naar de duur die een coach of manager met een team mag blijven werken als er (nog) geen resultaten gehaald worden. Als je gelooft in deze visie, zorg dan dat je ook de prestaties en de voortgang in prestaties benoemt! De resultaten komen dan vanzelf.

“Als je meer voorzetten geeft (prestatie) ga je vanzelf meer scoren,
als je meer vragen stelt (prestatie) word je vanzelf innovatiever!”

Wat ik mij daarbij afvraag: heeft een team, in de huidige dynamische en onzekere (VUCA) tijd, nog wel een andere meer verstandige keuze dan elke dag een procentje beter te worden?

Deze visie heeft het team van Jumbo Visma geen windeieren gelegd. Het ene succes volgde het andere op. Om de simpele reden dat ze met mensen werken, die maar met een ding bezig zijn, elke dag een procentje beter worden.

Waar in het proces van Jumbo Visma herken jij een eigen werksituatie?
! TIP: een zeer lezenswaardig boek hierover is Atomic Habits van James Clear

Het volgende onderdeel gaat over element 2, reflectie en ervaring, hoe is deze visie ontstaan?

2. De leiding van het team heeft goed en eerlijk gereflecteerd

Reflectie en daarmee ervaring is het tweede element van zeven dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

Na een aantal jaren met wisselend succes kwam de Jumbo Visma leiding tot de gedurfde conclusie: “Met weinig ervaring en onbezonnen gedrag kun je alles om zeep helpen”

Eerlijk gezegd hou ik soms mijn hart vast als ik mensen zie die met amper of geen ervaring, met soms best wel veel theoretische (boeken of cursus) kennis zelfverzekerd aan de slag gaan. Is dat dan een voorbeeld van onbezonnen gedrag waar Jumbo Visma het over heeft? En wat help je dan om zeep? Een overwinning van een sportploeg, de winst van een onderneming, de carrière van iemand of een mensenleven? Ik ben in de jaren tot het inzicht gekomen dat als je wilt groeien en ervaring opdoen je er niet onderuit komt dat je risico’s loopt. Sterker nog, een team waarin mensen persoonlijke risico’s mogen en durven te lopen, is essentieel voor groei. Niet voor niets is psychologische veiligheid zo trending!

Best complex hé!

Ik denk dat het een morele verantwoordelijkheid van iedereen is, om ten alle tijden, als je iets nastreeft, de risico’s in kaart te brengen. Iedere leidinggevende die uit ervaring wil leiden, kan je dan vervolgens twee vragen stellen:

  1. is het risico aanvaardbaar?
  2. is het risico reëel of zit er een (beperkende) overtuiging achter?

Pas dan kun je als leidinggevende werken aan ervaring en kun jij als leidinggevende blijven leren, denk ik. 

Met het huidige personeelstekort, in bijna alle sectoren, is een extra scherpte vereist! Door de hoge werkdruk worden steeds meer mensen sneller met minimale begeleiding ingewerkt. Zij doen wel ervaring op, en wat is eigen reflectie en reflectie van collega’s op de ervaring eigenlijk waard? Zonder reflectie is het in ieder geval minder waard, of hoe ziet jij dat?

“Ervaring is een lange keten van reflecties”

Hoeveel risico loop je als leidinggevende dan bewust, als jij de keten van reflecties niet stimuleert? En hoe roekeloos is dan dat gedrag? In de visie van Jumbo Visma zou je toch op zijn minst dagelijks moeten reflecteren op wat ik ben en op waarin ik vandaag weer een procentje beter geworden ben? Dan heb je in elk geval één garantie. Je wordt elke dag wat meer ervaren, met ervaring die ertoe doet. En dat is nou Action Learning. Niet meteen het leslokaal in en certificaten halen, maar leren in de praktijk door ervaring actief samen te reflecteren. 

Jumbo Visma heeft in het verleden wel eens een ogenschijnlijk zekere overwinning om zeep geholpen. En dat door onervarenheid en onbezonnen gedrag. Maar door vast te houden aan de visie, elke dag een beetje beter te worden, zijn de resultaten, het lijkt wel, als vanzelf gekomen.

Waar wil jij elke dag een procent beter in willen worden?

! TIP: zeer lezenswaardig zijn de boeken van Amy Edmondson over psychologische veiligheid en Teaming. 

3. Je moet leren van verlies

Leren van verlies is het derde element van zeven, dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

“Om een ronde van Frankrijk te winnen, helpt het om eerst veel te verliezen”, aldus de technisch directeur van Jumbo Visma. Het team heeft twee keer net naast de zege gegrepen, soms op een klungelige manier. Best lastig als je dat overkomt en omdat dan vooral te zien als een leerproces. Sterker nog de helft van het Jumbo Visma team verliet teleurgesteld het team. Weg jaren bouwen, of toch niet? De andere helft, die bleef, die toonde ineens veel meer veerkracht. En die veerkracht die was juist nodig. Dit besef groeide met de omstandigheden, waar het team amper invloed op heeft. Zoals de tegenstanders als mooiste voorbeeld. Naast de sport, leert de huidig tijd ons ook steeds meer dat maakbaarheid, laat staan garantie op succes, niet realistisch zijn. De enige niet onbelangrijke garantie bij falen, die je hebt, is dat je meer ervaring opdoet.

Ervaring is in mijn ogen (zie vorig blog) nu juist dat, wat het verschil kan maken. Als je als team onverwachte, soms lullige momenten overkomen, dan helpt het als je iets soortgelijks al eens hebt meegemaakt. Het Jumbo Visma team, geloof me, zijn die ook deze tour weer tegen tegenslagen aangelopen. Ze zijn er alleen anders mee omgegaan.

Hoe krijg jij het in jouw team voor elkaar dat verlies en fouten worden omgebogen tot leermomenten?

“Sometimes you win sometimes you learn”

Uit mijn ervaring blijkt dat de ene organisatie daar totaal anders mee omgaat dan de ander. Dit heeft vaak te maken met de overtuigingen en mindset van mensen. Zowel de leidinggevenden als de teamleden. Niet in de laatst plaats is dit veelal bepalend over hoe in het verleden met verlies en fouten is omgegaan. Gaf het omgaan met het verliezen het team energie? Misschien zijn er juist niet herinnerde trauma’s naar voren gekomen? Een andere belemmering, wellicht de grootste, is dat de teamleiding alleen afrekent op resultaten en dat er geen weg terug meer is. Ook, of juist, de sport blinkt hier in negatieve zin in uit. En zoals bij Jumbo Visma is gebeurd, dat de helft van het team afhaakte? Hoe is dat een verlies. Ik ben nieuwsgierig, hoe de leiding van Jumbo Visma daar nu tegenaan kijkt.

Wat weegt voor de leiding zwaarder: het verlies van de helft of de toegenomen veerkracht van die andere helft?

Deze vraag zal nooit eenduidig beantwoord worden. Het antwoord op deze vraag is het begin van waar het bij Jumbo Visma allemaal mee begon: VISIE!

Hoe gaat jouw organisatie om met verlies?

Mijn volgende blog gaat over het tegenovergestelde, leren van wat goed gaat.
! TIP:  het boek mentale innovatie van Hans van Breukelen is misschien wel interessant om te lezen.


4. Leren van wat goed gaat

Leren van wat goed gaat, is het vierde element van zeven, dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

Mijn vorig blog ging over het belang van leren van wat fout ging. Nu dus het tegenovergestelde. De vraag die dan meteen bij mij opkomt is: Hoe (of wanneer) leert een team meer van verlies of meer van winst en waarom?

Wat zo sterk is bij Jumbo Visma is, dat ze niet kijken naar de overwinning, het resultaat. Ze kijken naar kleine dingen die goed gaan. Zo las ik dat zij als team vorig jaar hun belangrijkste tegenstanders op een berg op afstand fietsten. Dit duurde niet lang, want een paar kilometer verder werden ze weer ingehaald. Het team heeft toen geanalyseerd wat er goed ging toen ze de tegenstander op achterstand reden. En juist dat heeft Jumbo Visma gebruikt om dit jaar de belangrijkste tegenstander definitief op achterstand te zetten. Door dat ene ding wat goed ging nog beter en vaker te doen, wonnen ze de Tour.

Dus laat je niet leiden door het eindresultaat, maar kijk naar onderdelen of fases waarin iets goed ging. Dat is meestal voor de hand liggend bij een overwinning. Maar Jumbo Visma deed dat dus ook bij verlies.

Stel dus ook de vraag: Wat ging er goed in een mislukt overleg? Of in wat voor mislukte activiteit dan ook. Zonde toch, als je wat je goed deed niet waardeert, omdat het eindresultaat je frustreert. Daarom stellen wij in Action Learning bijeenkomsten ook altijd de vragen: Wat ging er goed en wat kan er beter. Ongeacht of het een goede of slechte sessie is.

Wat ik leer van Jumbo Visma is, dat het wel draait om het eindresultaat. Maar eenzijdige focus op eindresultaat leidt ook af van wat er in het proces verbeterd kan worden. Het leidt af van de soms vele kleine dingen, die een team samen vooral heel goed moet blijven doen.

“Laat het resultaat los,
als je goed speelt, win je vanzelf”

Wat is er in jouw team nodig om ook bij tegenslag dat wat goed gaat te blijven zien?

Mijn volgende blog, vier van zeven gaat over niet zomaar iets aannemen. 
Altijd Navragen, Nooit Aannemen: ANNA-principe.
! TIP:  boeken en artikelen over appreciative inquiry zijn misschien wel interessant om te lezen.

5. Niet zomaar iets aannemen

Niet zomaar iets aannemen, is het vijfde element van zeven, dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

De grootste fout die Jumbo Visma nu zou kunnen maken is aannemen dat ze voorlopig de tour wel vaker zullen winnen. Ze hebben immers een tourwinnaar die nog jong is en nog jaren meekan. Gelukkig doen ze dat niet.

Deze stelling is voor zover ik mij kan herinneren actueler dan ooit. Er ontstaan zoveel onverwachte situaties in de wereld en in organisaties. Iedereen moet scherp blijven en continue blijven leren. Iemand kan hartstikke tevreden zijn met zijn job, en wat gebeurt er als er ineens een recruiter langs komt met een beter bod.

Mijn WIAL-partner Christoph Maria roept vaak ANNA-principe. Altijd Navragen Nooit Aannemen. Dit kan veel ellende voorkomen. Hoe vaak komt het in jouw team of organisatie niet voor dat er gehandeld wordt op basis van een foute aannames? Dat is best jammer, als er niet van geleerd wordt en als het tot verspilde energie leidt.

Ik denk dat iedere zichzelf professioneel noemende organisatie hier scherp op mag zijn en blijven. De mensen in de organisatie zouden zich op zijn minst bewust mogen zijn als iemand handelt op basis van een aanname. Soms heeft iemand geen keuze. Mogelijk als het over mensen gaat. Dan kan een verkeerde aanname, goed bedoeld ook, leiden tot een sociaal en psychologisch onveilig werkklimaat.

Vier vragen van Byron Katie (bron The Work) heb ik voor zulke gevallen in mijn gereedschapstas. Deze vragen zetten aannames mogelijk op scherp.

  1. Is het waar?
  2. Hoe kun je absoluut zeker weten dat het waar is?
  3. Wie ben jij met die gedachte?
  4. Wie zou jij zijn zonder die gedachten? 

Meestal is het niet waar, waarmee de aanname ontmaskerd is. En richting het ware probleem gewerkt kan worden. Dat is een kwestie van navragen dus.

Mijn volgend blogje gaat over niet wachten op de Nederlander die de tour wint.
! TIP:   boeken en artikelen The Work van Byron Katie

Mijn volgende blog, zes van zeven gaar over niet wachten op de Nederlander die de tour wint.

6. Niet wachten op de Nederlander die in hun team de tour wint

Niet wachten op de Nederlander die de tour wint, is het zesde element van zeven, dat ik, naar aanleiding van het succes van de wielerploeg van Jumbo Visma beschrijf.

Voor een Nederlandse ploeg zou het extra leuk zijn als een Nederlandse renner succes heeft. Al is het alleen maar om de publiciteit die dat in eigen land oplevert. Chauvinisme is de Nederlander niet vreemd. Om dit goed te praten, wordt vaak het label talent gebruikt. Dan hoor je ineens: ‘Nederland heeft een talent!”

De leiding van het team maakt hier echter korte metten mee: ‘Of iemand talent heeft, is niet zo vroeg te herkennen’. Dus: “Het richten van het team op het behalen van succes met één persoon, is funest, ondanks dat de wielersport om individuele winst draait.

In de WIAL NL Team Podcast S1E01 heb ik het hier uitvoerig over gehad met Sanne en Aik. Hierin bleek dat van (beiden die ooit de status talent hadden), de één zich prettig voelde bij het aangewezen zijn als de spil van een overwinning. Maar de andere vond dat juist helemaal niet prettig. Ik denk dat er niets mis is dat één persoon zijn persoonlijke bijdrage of prestatie extra benadrukt krijgt. Dat is dan feitelijk juist.

Dit ligt in mijn mening anders bij het benoemen van één talent, de verwachte prestatie ligt immers in de toekomst en hoeft niet feitelijke juist te gaan worden. Als mensen geroemd worden om hun talent kan dat een positieve druk geven. Net zo goed kan dat leiden tot een gevoel van als het niet lukt dan heb ik blijkbaar toch niet voldoende talent. Dat vind ik jammer, omdat inzet en doorzettingsvermogen het meestal toch van talent winnen en sterke teams het beste uit een individu kunnen halen. Toch?

Wat roept het woord talent bij jou op?
! TIP:  lees meer biografieën deze vind ik vaak heel leerzaam

Mijn volgend blog is alweer de laatste in deze serie en gaat over ‘gebruik de wetenschap”

 

7. Gebruik wetenschappelijke kennis

M’n laatste blog in deze serie gaat over het inzicht van Jumbo Visma over het gebruik wetenschappelijke kennis. Omdat ik het niet binnen de maximaal toegestane omvang kan houden heb ik het in twee delen gesplitst.

In de wielersport (of natuurkunde) kan ik me goed voorstellen hoe wetenschappelijke kennis gebruikt wordt. Ik zie wielrenners in windturbines tegen de wind in trappen of op grote hoogtes werken aan hun conditie. Hierbij wordt veel van de fysiologische prestaties gemeten. Sport en wetenschap hebben hier een mooi verbond gesloten. Dat was niet altijd met de juiste bedoeling, denk maar aan de dopingschandalen uit het verleden. Het streven naar succes kan doorslaan, zullen we maar zeggen. Gelukkig heeft fair-play het gewonnen en levert wetenschap een bijdrage aan wielrennen en aan andere sporten. Dit leidt tot betere prestaties en minder blessures. In natuurkunde is het nog duidelijker. Wat zwaartekracht is daar is weinig twijfel over bij de gewone burger. Maar voor theoretische fysici is dat nog steeds niet helemaal duidelijk.

Ik vraag mij af hoe trainers en coaches ooit wetenschappelijke kennis hebben toegepast in teambuilding of motivatie coaching? Wellicht is het voorgekomen, maar ik kom het zelden tegen.

De vraag die mij al jaren bezighoudt is: in hoeverre heeft het zin om teamwerk en leiderschap te verbeteren met behulp van wetenschappelijke kennis? Is er niet vaker sprake van toeval, dan dat er een waarneembaar patroon in zit?

Ik durf er niet echt een uitspraak over te doen. Vooral vanuit de kennis, dat de meeste wetenschappelijke kennis nu voortkomt uit statistische analyses, waarbij juist ontdekt wordt, wat voor het normale waarneembare verborgen bleef. Ik gebruik bij voorbeeld Jung Action Typing, ik ben bezig me te verdiepen in TMA en reik MBA studenten literatuur aan om hun uitdagingen aan te pakken. Alle drie gaan gepaard met statische analyses. Ja en ik meet ook, bijvoorbeeld of er progressie gemaakt wordt in het aantal vragen die men in een team aan elkaar stelt. Mag ik dat wetenschappelijke kennis noemen?

Steeds vaker lees ik dat wetenschappelijke inzichten achteraf niet helemaal klopten. Van de week nog las ik een stukje over het bekende marshmallow experiment. Negenhonderd kinderen kregen een marshmallow. Als ze deze vijftien minuten onaangeroerd lieten liggen dan kregen ze er twee. Als ze hem binnen vijftien minuten opaten, dan bleef het bij een. Later bleek dat de kinderen die geduld hadden en vijftien minuten konden wachten op hun beloning, later succesvoller waren. Wetenschappelijk bewijs dat kinderen die zich in kunnen houden en voor een beter resultaat op lange termijn gaan? Dat was de conclusie. Ja zei men, een mooie opbrengst van het experiment.

Nee dus! Later bleek dat kinderen die het thuis niet zo breed hadden, niet gewend waren meer te krijgen en hun eten snel opaten. Dat deden ze dus ook maar met de marshmallow. Er heeft dus waarschijnlijk meer achter gezeten waardoor ze minder succesvol waren! De kansen die ze kregen door hun afkomst? Het laat eens te meer zien dat de context zoveel meer beïnvloedende factoren in zich hebben kan. Een reden om heel voorzichtig te zijn de houdbaarheid van wetenschappelijke inzichten. Persoonlijk helpt het mij om een mindset van zekerheid te veranderen in een mindset van waarschijnlijkheid. Als ik daarmee naar Jumbo Visma kijk, dan heb ik het inzicht dat: wetenschap heel goed helpt bij de zogenaamde beta aspecten, bij de alfa  aspecten waarin ik werkzaam ben heb ik dat zeker nog niet.]

Wat speelt wetenschap voor rol in jouw werk?

! TIP:   Zoek je eigen balans. zoals Rene ten Bos ooit zei: nog erger dan alles klakkeloos alles aannemen is alles naast je neerleggen en negeren.

Dit was blog 7 van 7 over inzichten van een wielerploeg. Heb je feedback? Fijn, laat het me weten!

World Institute for Action Learning – Nederland, Twan Paes MBA MALC, oktober 2022.